30a. Als ik eens de hel uitkom, (1980)
Beëlzebub
Als ik eens de hel uitkom,
Dan heb ik nog goede dagen, tralala......tralala lala.
'k Spook dan over 't aardrijk rond,
tracht de mensen wat te plagen, tralala...tralala lala.
'k Neem mij alle list ten baat,
En verheug mij in het kwaad van tralalalalalala,
Do re mi fa sol li la.
Ja u werkt graag in 't zwart
Net als ik en mijn collega's, tralala......tralala lala.
U verdient het zwart circuit
Voor uzelf en voor uw eega, tralala......tralala lala.
Onder hoge rentestand
mist de fiscus u als klant, ja tralala......tralala lala.
Do re mi fa sol li la.
Uwen bisschop moest weer eens
met de anderen naar Rome, tralala......tralala lala.
Want zij moesten bij de Paus
samen op het matje komen, tralala......tralala lala.
Schillenbeeks werd ook verhoord
wijl men aan zijn werk zich stoort, tralala......tralala lala.
Do re mi fa sol li la.
Uw politieapparaat
zoekt reeds lang naar eigen centen, tralala...tralala lala.
Schijnt een heel klein geldbedrag
toch schrikt u straks van de rente, tralala...tralala lala.
Maar in vijfentwintig jaar
is men reeds met zoeken klaar, tralala...tralala lala.
Do re mi fa sol li la.
Bij ´t geluid van het carillon
doe ik hier mijn kwade zaken, tralala...tralala lala.
Van stadhuis op het balkon
zal ik lekker burgers kraken, tralala...tralala lala.
Als u dan een klokje hoort
staat een ziel voor de hellepoort, tralala...tralala lala.
Do re mi fa sol li la.